La música cristiana es de origen judío: la liturgia musical de la sinagoga, en particular el canto psalmódico de los judíos como unidad poética musical, fue un legado preciado transmitido del Israel antiguo al cristianismo primitivo, como forma de manifestar tanto a nivel personal como comunitario las creencias religiosas y la fe en Dios.
Voetstappen klinken zo hol in de nacht
Ik hoor een schreeuw
De schrik slaat om m'n hart
De maan is vol
En de straat is zo leeg
Ik neem de kortste weg
Een lange, donkere steeg
Ik wil naar huis toe, oh oh
Ik wil thuis zijn
Ik ben bang
En ik weet niet waarvoor
't Is steeds hetzelfde
Als ik 's nachts hierlangs moet
Ik ruik altijd mensen
Ik ruik altijd mensenbloed
Een stem die zegt me
Je bent niet alleen
Maar als ik kijk
Is er niemand
Er is niemand om me heen
Ik wil naar huis toe, oh oh
Ik wil thuis zijn
Ik ben bang
En ik weet niet waarvoor
Ik wil naar huis toe, oh oh
Ik wil thuis zijn
Ik ben bang
En ik weet niet waarom, o nee